Iedereen die ooit een beetje christen is geweest kent de tekst waarschijnlijk wel. Het is een van de meest gequote teksten in de Bijbel binnen christelijke kringen. Hij is net niet zo bekend als Joh 3:16, maar iedereen heeft wel eens gehoord: “Ga heen in heel de wereld en vertel het evangelie” (Mar 16:15). En iedere christen heeft zich ook wel eens schuldig gevoeld toen die tekst werd genoemd…

Ik ken Hem niet

Schuldgevoel is natuurlijk niet de hoofdbedoeling van die tekst, maar ik vrees wel het belangrijkste effect tegenwoordig. We maken het natuurlijk als ‘goede christenen’ niet zo erg als Petrus (“Wie ikke? Ik ken Hem niet hoor…”). Maar er zit nog wel een verschilletje tussen Jezus niet ontkennen en actief over Hem vertellen (in heel de wereld nog wel).

Om maar niet eerst naar anderen te wijzen, loop ik niet altijd te koop met dat ik christen ben. Laat staan dat ik er elke dag op uit ga om eens even iemand te vertellen van Jezus. En er zijn wel een paar christenen die ik ken die dat doen, maar meestal denk ik: ‘Ja, dat zijn van die echte evangelisten, zo ben ik gewoon niet.’

This is you conscience speaking

evangelie gaat heen evangeliseren megafoon

Maar als ik eerlijk ben, is dat schuldgevoel gewoon terecht en zijn het meestal smoesjes en excuses die me tegenhouden. Ik moet toegeven dat het mijn geweten is, dat me schuldgevoelens geeft en dat het niet een gevalletje is van: ‘ga achter mij satan.’ Het is meer een gevalletje van: “Daar getuigt ook hun geweten van, en hun gedachten onderling beschuldigen of ook verontschuldigen elkaar. ” (Rom 2:14-16)

Met andere woorden: Je weet deksels goed van binnen wat je eigenlijk hoort te doen. Je kunt er naar luisteren of niet, maar van binnen heb je kennis over goed en kwaad. En als christen loopt de Heilige Geest daar van binnen ook nog eens in te porren (hele vrije vertaling van Rom 9:1). Je kunt kiezen om je te verharden, zodat je het niet meer zo voelt of hoort, maar het porren blijft…

Zacht eitje, harde schil

Dus je kunt ervoor kiezen om je hart te verharden en niet te luisteren naar je geweten, maar waarom doen we dat verharden? Ik weet dat er voor mij een aantal redenen zijn om niet te doen wat ik eigenlijk wel zou willen doen en me te verharden. Voor mij zijn de belangrijkste: angst dat ik het niet goed genoeg doe en angst dat ze Jezus afwijzen.

Eerst maar de laatste, die is het makkelijkste te tackelen. Eigenlijk ben ik een soort zacht eitje met een harde schil. Misschien ken je dat wel, dat als dingen heel belangrijk voor je zijn, ze ook extra kwetsbaar kunnen voelen. Bij mij is dat in ieder geval wel zo. En laat nou net Jezus het belangrijkste zijn wat er is op deze wereld voor mij. Het is bijna alsof als je Jezus beledigt en afwijst ik dat persoonlijk opvat. Wat binnenin me zit voelt zo kwetsbaar dat ik er maar een hard schilletje omheen heb gebouwd. Dus uit angst voor afwijzing vertel ik het evangelie maar niet meer zo vaak. En dat brengt ons ook meteen bij mijn tweede reden.

Niet perfect genoeg

evangelie gaat heen evangeliseren goed nieuws gebroken ei in hand

En ik weet niet of het nou is dat ik millenial ben, maar in ieder geval zit er een vorm van bewijsdrang in me die ongezond is. En daarmee komt de angst dat ik het niet goed genoeg doe (afwijzing). En als we het dan hebben over evangeliseren en het evangelie vertellen, komt dat extra boven. Het gaat namelijk om nogal wat, eeuwig leven en dood enzo. Dan moet ik het liever toch wel heel goed doen (omdat ik niet perfect mag zeggen, want dan zou ik een perfectionist zijn, en dat mag natuurlijk niet :P).

Dus je hoort die neiging tot angst van niet goed genoeg doen al toch? En dan moet ik oppassen dat het niet doorschiet naar niet goed genoeg zijn. Ja, mijn leven is niet goed genoeg… Ik ben niet succesvol genoeg… Wie zou nou willen zijn zoals ik? Ik hoop dat jullie die gedachten niet kennen, maar in ieder geval ken ik ze wel. Uit angst voor niet goed genoeg doen of zijn, vertel ik het evangelie (of die woorden van God) dus maar niet, dan wijzen ze het in ieder geval niet af.

Doen wie ik echt ben

Maar gelukkig is dat niet waar het verhaal eindigt. We hebben het op deze blog al vaker gehad over identiteit en wie je echt bent. Ik ben niet hoe ik over mezelf denk, ik ben mijn angsten niet, maar ik ben wie God zegt dat ik ben. Dus als ik dit wil overwinnen (en dat lijkt me voor zowel mezelf als de rest van de wereld wel handig), moet dat eitje waar we het over hadden steviger worden. Ik moet zekerder worden van wie ik echt ben. Er zekerder van worden dat wat anderen vinden of doen daar niks aan verandert. Of mensen mij of Jezus nou afwijzen of niet.

Want eigenlijk ben ik helemaal niet als een zacht eitje met een harde schil. Ik ben meer als een huis gebouwd op een rots (Mat 7:24). Ik ben te alle tijde geaccepteerd in Jezus (Ef 1:6) en ik heb geen enkele reden om angst te hebben, Jezus haalt alle angst uit me (1 Joh 4:18). Ik wil dat wie ik ben in Jezus mijn hele leven is, niet alleen maar een onderdeeltje. Dus ik ga ervoor om het evangelie te vertellen, de woorden te delen, want ik ga elke dag meer doen wie ik echt ben.